We staan aan het begin van de zomervakantie. Voor velen van ons een tijd van op adem komen, even-niets-hoeven. Vakantie – één van de bronnen van dit woord is het Latijnse werkwoord ‘vacare’, dat verwant is aan ons woord ‘vacature’ en ‘vacant’. Het betekent onder andere ‘leeg zijn’. Er waren op ‘vacante’ dagen geen rechtszittingen. Dit was meestal vanwege de viering van de naamdag van een heilige. Later ontwikkelde zich dit meer algemeen tot ‘dagen dat er niet gewerkt wordt’, (school)vrije dagen. Wat is vakantie heerlijk! Wat is het fijn om een tijdje een lege agenda te hebben, even de boel de boel te kunnen laten, te kunnen ont-moeten en te kunnen ont-spannen (let op het streepje). We kunnen niet altijd maar dóór.

God zelf heeft al vanaf het begin gezien dat rust voor een mens heel belangrijk is. In Genesis 2:2 staat: “Toen God op de zevende dag Zijn werk, dat Hij gemaakt had, voltooid had, rustte Hij op de zevende dag van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had. En God zegende de zevende dag…” Later heeft Hij dit bevestigd in de tien geboden voor Zijn volk. Niet om van deze rustdag een juk te maken dat het leven alleen maar moeilijker maakt, maar omdat rust goed voor ons is (zie ook Marcus 2:27). Met een vergelijkbaar doel stelde God het sabbatsjaar en het jubeljaar voor het volk Israël in. Rust, vrij worden en vrij zijn, met als doel: herstel.

Het belangrijkste is dat we díe rust zoeken en daarvan genieten

Er zijn veel meer teksten in de Bijbel te vinden waarin het zoeken en vinden van rust wordt genoemd. Prediker 3 zegt dat er voor alles een tijd is en dat er voor mensen niets beter is dan “zich te verblijden en het goede te doen in hun leven, ja ook, dat ieder mens eet en drinkt en het goede geniet van al zijn zwoegen. Dat is een gave van God” (vers 12 en 13).

Nee, bovenstaande teksten zijn geen bewijs voor het moeten houden van vakantie (alleen het ‘moeten’ al in dit verband…). Ze zijn ook geen vrijbrief, laat staan pleidooi, voor het letterlijk ‘leeg’ laten zijn van onze vrije tijd. Ledigheid, leegheid, is des duivels oorkussen, luidt het oude spreekwoord. We mogen in de rust goed doen, we mogen ons laten vullen met God zelf door het lezen van Zijn Woord, maar ook door Zijn schepping, de natuur op te zoeken of een door goed boek en goede gesprekken. Laten we onze rust, ons herstel bovenal zoeken bij Jezus Christus. Hij heeft gezegd (Mattheüs 11:28): “Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven. Neem Mijn juk op u en leer van Mij dat ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel”. Het belangrijkste is dat we díe rust zoeken en daarvan genieten, want “wie Zijn rust binnengegaan is, die heeft zelf ook van zijn werken gerust, zoals God van de Zijne” (Hebreeën 4:10).

Ik wens u, jullie, op reis of thuis, in die zin Gods zegen toe in deze vakantietijd!