Deze gedachte kwam bij me op toen ik had besloten het Bijbelboek Genesis weer eens in z’n geheel te lezen en daarbij het volgende tegen kwam; Het gaat over die bekende geschiedenis van Lot. Hij bevindt zich nog in Sodom maar wordt door de engelen ernstig aangespoord Sodom te ontvluchten, omdat de Here God het oordeel over deze stad zal gaan voltrekken. Eerder had de Here God met Abraham gesproken over Zijn plannen met deze steden en had Hij Abraham uitgelegd dat er zelfs geen tien rechtvaardigen meer te vinden waren in deze steden. Het is echter opmerkelijk dat Hij nog steeds wacht met het oordeel omdat Lot zich als enige ‘rechtvaardige’ (zo wordt hij geduid in 2 Petrus 2:7) nog in de stad bevindt.

Lot was een ‘rechtvaardige’ die zijn ziel kwelde bij het zien van alle wetteloosheid in Sodom maar hij was tevens een ‘weerhouder’.

Wanneer Lot uiteindelijk begrijpt dat hij deze plaats van oordeel moet verlaten vraagt hij de Here God of hij in plaats van naar die ‘verre bergen’ naar Zoar mag vluchten, want hij is bang dat de bergen te ver zullen blijken en dat het oordeel hem zal inhalen. De Here God staat hem dit toe maar voegt hier aan toe; “Haast u, vlucht daarheen want Ik kan niets doen totdat u daar bent aangekomen.” Mogen we dit zo verstaan dat de Heer Zijn wil ondergeschikt maakt aan Zijn belofte om Lot voor het oordeel te bewaren?

Lot was een ‘rechtvaardige’ die zijn ziel kwelde bij het zien van alle wetteloosheid in Sodom maar hij was tevens een ‘weerhouder’. Abraham had met de Here God gesproken over tien rechtvaardigen, maar hier zien we dat deze steden uiteindelijk nog gespaard worden door de aanwezigheid van één rechtvaardige, namelijk Lot.

We komen een soortgelijke gedachte tegen in het Nieuwe Testament en wel in 2 Thessalonicenzen 2:7. Ook hier wordt gesproken van een ‘weerhouder’. Over wie of wat deze weerhouder is bestaat verschil van uitleg maar vele bijbelleraars duiden deze als de Heilige Geest welke woont in de gemeente van Christus. Ook de gemeente bestaat uit ‘rechtvaardigen’ (zondige mensen, gerechtvaardigd in de Here Jezus Christus) en zo lang deze ‘rechtvaardige’ nog op deze wereld is, zal dit de Here God er van weerhouden Zijn oordelen te voltrekken aan deze wereld. We kunnen dit in het dagelijks leven rondom ons ook waarnemen. Op alle plaatsen, met name ook in de politiek, waar christenen een Bijbels geluid laten horen leidt dit tot felle oppositie maar werkt dit tevens als een remmende factor.

Wanneer de Here God uit het maatschappelijk leven ‘is verwijderd’ en de mens meent dan de echte vrijheid te bezitten zal het kwaad ten volle kunnen doorbreken in de openbaring van de wetteloze, de antichrist en de daarmee gepaard gaande oordelen van de Here God over deze wereld. Tot aan de tijd dat de Here God Zijn gemeente zal wegnemen van deze aarde (1 Thessalonicenzen 4; 1 Korintiërs 15) leven we in een wat vreemde spanning. De apostel Petrus zegt het zo; “De Here vertraagt de belofte niet (zoals sommigen dat als traagheid beschouwen) maar Hij heeft geduld met ons en wil niet dat enigen verloren gaan, maar dat allen tot bekering komen.”

Eensdeels kunnen we hartstochtelijk verlangen naar het moment dat de Here Jezus gerechtigheid zal brengen op deze kapotte wereld, maar bidden we even intens voor onze geliefden dat zij (eveneens naar de wens van de Here God) op tijd tot bekering komen. Door een ernstig gebed brengen we niet alleen onze medemensen voor Gods troon, maar zijn we tevens een weerhoudende kracht.